Veelgestelde vragen voor groep 8
Hieronder vind je een lijstje met veelgestelde vragen. Al die dingen die je graag wilt weten voordat je naar de brugklas gaat.
Omdat dit een superleuke school is! Een school waar je het beste uit jezelf kan halen en je grenzen verlegt. Wij bereiden je voor op de maatschappij. Onze stromingen Internationaal en tto (Tweetalig Onderwijs) zijn in Zaandam uniek. Bij ons op school mag je zijn wie je bent. En met alle leuke activiteiten krijg je hier de tijd van je leven!
We starten het jaar in de eerste klas met onze beroemde Intro Week. Tijdens deze week kom je alles te weten over onze school, je nieuwe docenten en je mentor, jouw nieuwe klasgenoten en jaargenoten. Behalve dat je deze week veel introductielessen krijgt met een speurtocht door de school, organiseren we ook activiteiten als suppen en bootcampen, boogschieten en obstakelraces en we sluiten af met een grote barbecue!
Het eerste uur begint om 8:30. Onze lessen duren 45 minuten. Na het 3e uur heb je een pauze van 20 minuten. Na het 5e uur is de grote pauze van 30 minuten. Hoe laat je klaar bent, ligt aan je rooster. Je kan op maandag op een andere tijd klaar zijn dan op dinsdag. In de brugklas ben je vaak rond drie uur klaar. In de brugklas zijn er in principe geen tussenuren.
Je kunt je rooster zien in het online systeem Magister en in de Zermelo app. Aan het begin van het schooljaar krijg je hiervoor inloggegevens. In principe is je rooster een half jaar hetzelfde, dus je leert al snel welke les je wanneer hebt. Het kan natuurlijk wel eens gebeuren dat er een les verschuift of uitvalt, dus het is wel belangrijk om regelmatig in Zermelo te kijken.
Op de middelbare school heb je een hoop vakken die je op de basisschool ook had, maar ook een paar vakken die nieuw voor je zijn. En je hebt voor elk vak een andere docent, in plaats van de hele dag dezelfde juf of meester. Hier wen je gelukkig best snel aan!
Op het Blaise Pascal heb je in de brugklas de vakken Nederlands, Engels, Frans, Aardrijkskunde, Geschiedenis, Biologie, Wiskunde en Science. Science betekent natuurwetenschappen. In latere jaren wordt dit uitgesplitst in natuurkunde en scheikunde.
Je hebt ook Levensbeschouwelijke Vorming, Handvaardigheid, Tekenen en Muziek. En natuurlijk gym, maar dat noemen wij Lichamelijke Opvoeding. En dan nog een mentoruur, het vak Internationaal, en de X-modules. Als je het gymnasium doet heb je ook nog Latijn.
Dit verschilt natuurlijk heel erg per leerling. De een werkt nou eenmaal sneller dan de ander. Gemiddeld kan je rekenen op ongeveer anderhalf uur per dag. Dat lijkt heel veel, maar het went snel. Als je het goed bijhoudt en er op tijd mee begint, is het prima te doen. Vaak krijg je tijdens de les ook al even de tijd om aan je huiswerk te beginnen.
Voor alle vakken zijn er een aantal toetsen per jaar. Dit kan een heel kleine overhoring van een rijtje woordjes zijn, of een groot proefwerk waarvoor je een heel hoofdstuk moet leren. Soms kan je ook een opdracht krijgen voor een cijfer. Dan moet je bijvoorbeeld een poster maken, of een boekverslag. Al die cijfers samen zorgen ervoor dat jij en je docenten weten hoe goed je de lesstof snapt en kent. In principe heb je maximaal 3 toetsen per week. Behalve in de toetsweek natuurlijk! Maar dan heb je geen gewone lessen, dus dan kun je je helemaal concentreren op de toetsen. En als je altijd goed oplet in de lessen en je huiswerk goed bijhoudt, hoef je niet bang te zijn voor de toetsen.
In principe gebruik je voor alle vakken gewoon boeken. Die krijg je aan het begin van het jaar. Als je tto doet, heb je de helft van je boeken in het Engels nodig. Sommige daarvan krijg je niet op papier, maar op een tablet. Die krijg je van school ik bruikleen.
Soms heb je les in een van de computerlokalen. En je kunt altijd een laptop lenen in de mediatheek.
Alle schoolboeken krijg je aan het begin van het schooljaar gratis op school. Deze moet je aan het einde van het jaar in goede staat weer teruggeven.
Sommige dingen moet je wel zelf kopen, zoals schriften, schrijfspullen, een rekenmachine en sportkleding. Je krijgt voor het begin van het schooljaar een lijstje.
Als je voor het eerst in de school rondloopt lijkt het gebouw misschien heel groot en verwarrend. Maar je went er heel snel aan! In de eerste week doe je een speurtocht door de school om je te helpen wennen. En voor je het weet loop je zonder erbij na te denken van de fietsenstalling naar de kantine en van de gymzaal naar de mediatheek.
Elke klas tot en met leerjaar 4 heeft een eigen mentor. Dit is een docent waar je niet alleen een schoolvak van krijgt, maar die ook extra aandacht besteedt aan jouw klas. Voor de leerlingen is de mentor het eerste aanspreekpunt aan wie ze advies kunnen vragen of met wie ze gewoon even kunnen bijpraten. Ook voor de ouders is de mentor het aanspreekpunt binnen de school.
In de brugklas krijg je tijdens het mentoruur een cursus slim leren. Daarin krijg je antwoord op vragen als: hoe werk ik met een agenda, hoe gebruik ik een studieplanner, wat zijn goede studiegewoonten, hoe pak ik een toets aan, wat kan ik doen om mijn concentratie te verbeteren en hoe vermijd ik faalangst? Ook wordt er in het mentoruur aandacht besteed aan de sfeer in de klas, hoe het in de lessen gaat, en of het goed met je gaat.
tto is het Tweetalig Onderwijs. Als je deze stroming kiest, volg je ongeveer de helft van je vakken in het Engels. Meer informatie hierover kun je hier vinden.